Donker Afrika is echt donker. Maar op een heuvel langs de snelweg van het vliegveld naar Kampala staat een fel verlicht gebouw. Ik vraag de chauffeur:
“Dat is een kerk. Van de Born Agains. Vieze Oplichters”
De kerken hebben een dubieuze rol in dit land. De geestelijkheid spreekt zich vaak krachtig uit tegen corruptie, nepotisme en milieuvervuiling. Maar ook tegen homo’s, condooms en afvalligen. Missionarissen gebruiken Uganda als conservatieve proeftuin. Gesteund door dollars van verbeten Amerikanen trekken de born agains Ugandezen uit de katholieke en Anglikaanse kerken. En zelfs de moskee.
Maar de kerk is hier is ook dikke business. Allemaal handige Mharrys openen een kerk en beloven mensen kinderen, een auto of een nieuwe magnetron. Als je betaalt. De enige die er een auto aan over houdt is de prediker.
Op eerste kerstdag zijn we met een groepje naar de kerstdient geweest van de kerk waar het weeshuis bij hoort. 4 uur lang dans van de kinderen en vooral een hele lange preek.
De weeskinderen straalden. In een schier eindeloze dans, met zelf geknutselde outfits en Boney M’s ‘ joy to the world’ op repeat. Mensen in de kerk in extase. Zelf had ik het ook even niet meer toen ik moest denken dat ik zelf met kerst 5000km weg ben van mijn familie, en dat deze kinderen zonder familie toch zo veel geluk uitstralen. Zit je te snotteren op Boney M.
De moraal van de preek is mij niet duidelijk geworden. Wat obligate morele gemeenplaatsen. Maar het leidde wel op een hele knappe manier naar het hoogtepunt van de dienst. De collecte. Als een volleerd verkoper leidde hij de gemeente via het AIDA model naar een mand vooraan waar hij vanaf het podium goed kon zien wie wat allemaal gaf. (Al schijnen er aardig wat mensen een lege vuist boven de mand geopend te hebben).
Daarna verkocht hij ook maar gelijk kaartjes voor de picknick op 2e kerstdag. Waar je natuurlijk wel je eigen eten mee moest nemen, dus waar je nou voor betaalt bleef onduidelijk. Je kreeg van hem een kaartje, daarna betaalde je bij een juffrouw met een klembord daarop een handtekening. En niet vergeten dat we op oudjaarsdag een bid marathon houden.
Tussen de collectes liep hij door het publiek. Met een knuffel voor wie het nodig had. Ook voor een van de meisjes uit de groep. Het niet hebben van een kerkelijke achtergrond bleek geen belemmering om al haar emoties van weken aan hem te geven. “Ik voelde me zo opgelucht. Alles viel van me af.”
Goede gast of niet? Geld inzamelen voor het weeshuis of die nieuwe radio in zijn toch al niet al te bescheiden auto? Of een beetje van allebei?
Ik weet het niet meer.
En dan nog. Een artiest gunnen we ook zijn rijkdom omdat hij ons verlicht, ongeacht zijn beweegredenen.
Geef een man een vis en hij leeft een dag.
Geef hem een hengel en hij leeft een lang leven.
Geef hem de bijbel en hij leeft voor eeuwig.
Of dat hiernamaals en die God er nou zijn of niet. Dat doet er niet toe. Voor deze mensen is het onbetaalbaar. Voor de prijs van een maaltijd een verzadigde ziel. En toch honger. En AIDS.
God brengt zowel licht als duisternis in donker Afrika.